Mediquality: Kinderartsen, kolossen op lemen voeten (opinie)

1 augustus 2019

Dr Quentin Lamelyn is een jonge arts uit de dubbele cohorte die zich inzet voor kwalitatieve geneeskunde voor iedereen. Hij is sinds kort ook actief voor ABSyM-BVAS en heeft bijzondere interesse voor onderzoek in het vakgebied infectieziekten, een boeiende discipline waarin hij zich verder wil verdiepen. 
 

Image

BRUSSEL 01/08 - Als er één groep artsen is waar ik altijd sterk van onder de indruk ben geweest, dan zijn het wel de kinderartsen. Uebermenschen met een immuunsysteem dat onverschillig welke komodovaraan doet verbleken, een extreem geduld en een ongeëvenaarde liefde voor hun beroep.

 

En nochtans hebben die zachtaardige kolossen slappe benen en daar zijn goede redenen voor. Uit een Nederlandse peiling blijkt immers dat kinderartsen veel meer stress hebben dan de rest van de bevolking en daardoor zelfs psychische stoornissen kunnen ontwikkelen, die nadelige invloed kunnen uitoefenen op hun beroep. Angst om een diagnose te missen, vermoeden van mishandeling, overlijden, druk van de ouders …. allemaal elementen die knagen aan de geestelijke gezondheid van de kinderartsen.

 

Waarom kinderartsen meer dan andere artsen? Op grond van de informatie die ik op het terrein heb kunnen verzamelen, ga ik enkele hypothesen formuleren.

Een labiele gezondheid

 

De gezondheid van een kind is niet zoals die van een volwassene. De klinische presentatie kan erg wisselend zijn en is vaak weinig typisch, vooral bij jongere kinderen. Ik herinner me de woorden van een diensthoofd tijdens mijn stage pediatrie toen we ons afvroegen welke onderzoeken we zouden aanvragen bij een baby: "Jonger dan twee jaar, zet je verstand op nul en volg het protocol".

 

En terecht. Tijdens onze opleiding tot kinderarts hebben we tal van klinische gevallen gezien waarbij de arts bij gebrek aan suggestieve tekenen het kind te vroeg had laten vertrekken, waarbij de kliniek daarna ineens is verslechterd, soms met fatale afloop. Reden genoeg dus om de toekomstige kinderartsen te stressen, nog voor ze eraan begonnen zijn. Het gevolg is dat jonge kinderartsen op hun nagels bijten bij elk kind dat ze zien tijdens hun wachtdienst.

 

Zware gevallen

 

Zes jaar, wat pijn aan de heup, mogelijk van psychogene oorsprong na een verandering van school, maar in feite een gemetastaseerd osteosarcoom. Dertien maanden, glioblastoom stadium 4, 3e debulking … Dan concludeer je dat de natuur niet rechtvaardig is. De dienst die ermee wordt geconfronteerd, hult zich vaak in stilte en de sfeer wordt drukkend. Maar niet alleen de oncologische gevallen wegen psychologisch zwaar. Mishandeling, verkrachting en andere smerige dossiers vormen ook een aanzienlijke psychologische belasting.
En als het misgaat met een pasgeborene, laat dat niemand onberoerd.

 

Een dubbele verantwoordelijkheid

 

De arts is verantwoordelijk voor zijn patiënt, een patiënt die vaak op de hoogte is van zijn toestand, met wie hij kan communiceren en die mede een beslissing kan nemen. De communicatie in de kindergeneeskunde daarentegen verloopt vooral via de ouders, die niet alleen soms een rem vormen op de zorg voor het kind, maar ook zware druk zetten op de zorgverstrekker. Want wat er ook gebeurt, je zult je handelingen moeten verantwoorden ten aanzien van de ouders. En het gebeurt vaak dat de ouders in conflict gaan met de zorgverstrekkers en ze zelfs verbaal of lichamelijk aanvallen.

 

Conclusie

 

Stress is als het ware de brandstof van de geneeskunde, een beroep met een hoge verantwoordelijkheid aangezien het gaat om het leven van de mensen die je behandelt. Maar in de kindergeneeskunde kan de psychische druk wel erg hoog oplopen. Een kind dat zeer snel ongunstig evolueert, klinisch en sociaal zware gevallen, druk van de ouders … allemaal elementen die een verklaring vormen voor de resultaten van de peiling bij onze Nederlandse collegae.
Kinderen zijn heilig. We verliezen gemakkelijk onze wetenschappelijke rationaliteit als het gaat om een baby wiens gezondheidstoestand verslechtert, en we zijn er hoe dan ook emotioneel meer bij betrokken dan bij andere patiënten. Onthoud dus: achter een zwaar ziek kind schuilt een kinderarts, die ondanks zijn glimlach en sympathie in stilte lijdt.

 

Over de auteur

 

Dr Quentin Lamelyn is een jonge arts uit de dubbele cohorte die zich inzet voor kwalitatieve geneeskunde voor iedereen. Hij is lid van verschillende syndicaten voor jonge artsen (CIUM en CIMACS). Hij is sinds kort ook actief voor ABSyM-BVAS en heeft bijzondere interesse voor onderzoek in het vakgebied infectieziekten, een boeiende discipline waarin hij zich verder wil verdiepen. 

 

Conflicts of interest/grants : de auteur verklaart geen conflict of interest/grants met betrekking tot dit onderwer

 

Bron: Mediquality

 

 

 

Over BVAS

Wij staan voor een vrije geneeskunde met een betaalmodel waarin de vergoeding per prestatie de hoofdmoot blijft, aangevuld met forfaits. In de huisartsgeneeskunde bvb. verdedigen we alle praktijkvormen en niet alleen de multidisciplinaire groepspraktijken zoals de concurrenten.

De solowerkende huisarts heeft zijn plaats en moet niet verdrongen worden.

Wat specialisten betreft verdedigen we ook de vrijgevestigde (extramurale) specialisten die in een praktijk buiten het ziekenhuis werken.